Stamboom

Vraag 8 van de Bloganuary uitdaging is:

Hoe ver terug kan je gaan in je stamboom?

Ik ben al jaren bezig steeds stukjes van mijn stamboom uit te zoeken. Niet diepgravend in bibliotheken zoals dat vroeger moest, maar met een programma: MyHeritage. Omdat heel veel mensen hun resultaten delen, is het uitzoeken ervan geen levenslange taak meer. Tegelijkertijd besef ik ook dat een door een persoon gemaakte fout wel enorm vaak kan worden gekopieerd door anderen, waardoor het lijkt alsof het betrouwbare informatie is.

Er moeten dus wel wat slagen om de arm gehouden worden bij het interpreteren van de informatie.

Ik ben uitgegaan van de achternamen van mijn 4 grootouders en ben niet geïnteresseerd in alleen de mannelijke stamhouders van een naam. Ik onderzoek al mijn directe voorouders, ongeacht de achternaam en niet de broer of zus van die mensen, tenzij ik hen ken uit verhalen.

Van de vier achternaam dacht ik altijd dat de naam Windhorst de meest interessante naam zou zijn om te onderzoeken. Deze familienaam is nog steeds te vinden in Hazerswoude en was lange tijd verbonden met een transportbedrijf. Ik had een leraar op de middelbare school met die achternaam die een verre neef is van mijn moeder en er was al jaren online een goede stamboom te vinden. Gek genoeg kom ik niet verder dan Johan Swier Windhorst die in 1718 in Duitsland is geboren. Op zich een leuke score, maar niet heel bijzonder.

Uiteindelijk bleek dat mijn eigen meisjesnaam via allerlei zijtakken mij het verste bracht, namelijk helemaal naar Ruthger van Driel (van Doens), geboren in 1170 in Poortugaal, Zuid Holland. We hebben het over 24 generaties terug. Zijn zonen en kleinzonen en nog enkele generaties verder waren leenmannen en bedijkers rondom Pernis, er zat een ambachtsheer van Vlaardingen tussen, pachters en er is zelfs een Doen Beijenszlaan in Portugaal, genoemd naar een directe voorouder die geboren werd in 1378, zo’n 17 generaties terug. Veel verhuisden die mensen niet in die tijd.

In 1000 jaar is mijn familie 44 kilometer verderop gaan wonen.

Een andere leuke voorouder is dominee Bachusius (later Bakhuizen) die predikant was van de St. Janskerk in Gouda tussen 1578 en 1581, althans, volgens het bord wat in de St. Janskerk hangt. Hij vertrok toen naar IJsselstein, waar hij later ook is overleden.
In april vorig jaar heb ik met enige moeite dat bord even kunnen bekijken: “Nee, ik wil geen rondleiding om de gebrandschilderde ramen te zien, kan ik gewoon even in de kerk kijken?”

Ach ja, het is gewoon interesse. Misschien waren de meeste van die voorouders wel heel irritante mensen. Wie weet. Maar het is wel een grappig idee dat ik op de schouders sta van ongeveer 1800 directe voorouders die ik heb onderzocht en waarvan ik de naam kan opzoeken en die allemaal een onmisbare schakel waren in mijn bestaan. Daar word je dan wel even stil van. Zeker als je een van die namen dan gewoon voor je ziet in een hele oude kerk in Gouda.



Leave a comment